woensdag 5 december 2007

Achter het ijzeren gordijn




















Wat een bevoorrechte positie; ik had twee paspoorten ! Eén voor de V.S. en één voor de Sovjet Unie. De Koude Oorlog was de oorzaak van deze vreemde situatie. Ze mochten nl. in de V.S. niet weten, dat ik nog de vorige week in Moskou was geweest en andersom.
Zo ging ik voor het eerst op een 'nachtstop' naar Moskou in de zomer van 1968.
Op het vliegveld, Sheremetyevo, aangekomen, werden we erg lang opgehouden door de marechaussee en de douane. Ze bekeken uitgebreid onze paspoorten, maar ik zag, dat ze die op de kop hielden. Daarna moest onze bagage worden geïnspecteerd. Ondanks het feit, dat we maar weinig bij ons hadden, want de stop was nauwelijks 12 uur, kregen ze het toch voor elkaar ons een uur te laten wachten voordat we 'het groene licht' kregen.
Eindelijk gingen we dan op weg naar ons hotel. De wegen waren leeg, geen auto te bekennen. We passeerden de bekende berkenbossen waar ik over gelezen had, met hier en daar een dacha ertussen. Daarna reden we voorbij de voorsteden van Moskou. Grauwe hoogbouw, waarover ik later las, dat de gebouwen geen liften hadden en geen waterleiding. We zagen daarom ook watertrucks in de straten staan, waar de bevolking emmertjes water kon halen.
We logeerden in Hotel Ukraïna, een typisch sovjet-gebouw, zoals op de foto rechtsonder, rechts, te zien is. Er waren weinig liften , dus moest je lang wachten om naar je verdieping te kunnen. Daar aangekomen, zat een vrouw, strategisch gesitueerd, aan een tafel, die je je sleutel gaf. Ze had uitzicht op de gang waar alle deuren op uit kwamen en het was haar taak om in de gaten te houden, wanneer je je kamer inging en weer verliet, met wie en hoe laat je wegging en weer terugkwam. Het was niet toegestaan bij elkaar op de kamer te komen. Samenzweringstheorieën? We vonden het natuurlijk belachelijk, gewend als we waren om te doen en te laten waar we zin in hadden. Tot onze grote hilariteit had ze een doek om haar kin gebonden, met een knoop bovenop haar hoofd. Kiespijn, ja, was wat wij begrepen. Dat zag je toch alleen nog maar in cartoons?
Omdat er niks te eten was, want er was geen restaurant in het hotel en ook niet in de rest van Moskou, besloten we te gaan lopen naar het Rode Plein . Dat was een voettocht van ong. een uur. We hadden gehoord, dat daar ergens een barretje was, waar je kon betalen met dollars. Niet eten , dan maar drinken ! En inderdaad vonden we het. Eén screwdriver ( wodka + orangejuice) kostte 1 dollar. Gezellig was het er niet, maar dat vonden we niet belangrijk, we waren in Moskou !
Toen we een aantal uren later terugliepen kwam ons een brandweerauto tegemoet, die de trottoirs schoonspoot, ongeacht of daar nog mensen liepen, zoals wij , nietsvermoedende westerlingen. Gelukkig was het warm. We ontmoetten nog een aantal mensen van onze leeftijd, die met ons een gesprek wilden aanknopen, wat nogal moeilijk was, want ze spraken een gebrekkig soort Duits. Maar het kwam er op neer, dat ze het sovjetregime haatten en weg wilden, maar niet konden. Het bleken Oekraïners te zijn. Maar wat konden wij doen ?
De volgende morgen stonden we vroeg op, om nog even het Rode Plein bij daglicht te bekijken. De tombe van Lenin ; de aflossing van de wacht; de basiliek en het grote warenhuis Gum, waar niets te koop was, behalve dan jurken met een "groentensoep"-dessin, zoals ik die noemde.
Op het vliegveld, hadden we nog de tijd om wat inkopen te doen. De enige munteenheid, waar je mee kon betalen waren dollars. Ik zag een LP met muziek van Rachmaninov, die ik wilde kopen, maar de sjachrijnige mevrouw, die daaar verantwoordelijk voor was, zei: "njet", waarom ? dat was niet duidelijk. OK, dan kocht ik die muziek ergens anders ter wereld ! Toen bedacht ik me, dat ik wel een "Matroesjka" kon kopen, zo'n pop, met nog 10 poppetjes erin. De mevrouw, die dáár zat zei ook :"njet".Wij moesten er eigenlijk wel om lachen, maar het was een les , hoe het communistische systeem nu eigenlijk werkte ( of niet): het maakte niemand wat uit, of ze iets verkochten of niet, hun salaris zou hetzelfde zijn. Iedereen was onvriendelijk en niet behulpzaam.
Eenmaal aan boord zetten we gelijk de koffiemachines aan met onze vertrouwde DE-koffieblikken. De, overwegend Nederlandse, passagiers die aan boord kwamen waren bijna allemaal unaniem : hè, heerlijk, die geur van vertrouwde Nederlandse koffie en, na een paar weken, eindelijk weer eens vriendelijke gezichten.
Posted by Picasa

Geen opmerkingen: